Terug naar overzicht

Gelijk behandelen is niet ‘alleen naar cijfers kijken’

Voor toelating tot de Rotterdamse masteropleiding van haar dromen kwam ze in haar bachelorstudie 0,04 punten tekort. Jammer dan, zegt de opleiding. Maar de rechter vindt dat de persoonlijke omstandigheden ook moeten meewegen.

Zware dyslexie, de scheiding van haar ouders en de impact van de coronacrisis… Daar kan de Rotterdamse masteropleiding economics & business allemaal geen rekening mee houden. Voor alle aspirant-studenten geldt dat ze gemiddeld een 7,5 of hoger moeten halen in hun bacheloropleiding, dus voor deze student ook.

De vrouw vindt het onrechtvaardig. Ze stapt naar het college van beroep voor de examens (elke universiteit en hogeschool heeft zo’n CBE), maar krijgt daar ongelijk. Daarom klopt ze bij de rechter aan.

Scheelt weinig

Ze betoogt allereerst dat haar gemiddelde (7,46) afgerond een 7,5 is en dat ze dus direct toegelaten hoort te worden. Maar daar gaat de rechter niet in mee. In de onderwijs- en examenregeling staat duidelijk dat het zo niet werkt. Ook al scheelt het weinig, haar gemiddelde is echt te laag.

Maar moet de opleiding rekening houden met haar omstandigheden, zoals de student betoogt? Er staat immers een hardheidsclausule in de OER (onderwijs- en examenregeling) voor “apert onredelijke en/of onbillijke situaties”.

Het Rotterdamse CBE redeneert anders: er wordt bij geen enkele kandidaat rekening gehouden met persoonlijke omstandigheden of functiebeperkingen en dat is juist bedoeld om mensen gelijk te behandelen.

Meewegen

Daar gaat de rechter niet in mee. Die meent dat ‘gelijke behandeling’ iets anders is dan het negeren van persoonlijke omstandigheden. Het is helemaal niet ondenkbaar dat de coronacrisis meer impact heeft op een student met zware dyslexie dan op anderen, staat in het vonnis. Op zijn minst had de CBE dit moeten meewegen in zijn oordeel.

De student krijgt van de universiteit meer dan drieduizend euro aan proces- en griffiekosten vergoed. Bovendien moet er een nieuwe beslissing over haar toelating worden genomen “met inachtneming van deze uitspraak”.

Vroeger was er een aparte onderwijsrechtbank (CBHO), maar sinds augustus 2023 behandelt de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State zulke studentzaken.

Punt. Of had jij nog wat?

Meer lezen?