Terug naar overzicht

De bijbaan van… student Tyrese Scheuer

Tyrese aan het werk tijdens zijn bijbaan als buschauffeur

In de rubriek ‘de bijbaan van…’ vertellen Avansstudenten over de bijbaan waarmee zij hun geld verdienen. In deze editie vertelt Tyrese Scheuer, eerstejaars Associate degrees-student Engineering in Den Bosch, over zijn bijbaan als buschauffeur.

Hoe ben je erop gekomen om een bijbaan als buschauffeur te nemen?
‘’Na school stond ik op de bus te wachten, toen ik in het bushokje een advertentie zag van Arriva waarin stond dat je buschauffeur kon worden naast je studie. Dat klonk gaaf, want ik ben fan van alles dat rijdt en wielen heeft. Ik vind autorijden leuk en rijd ook motor. Het halen van een nieuw rijbewijs en een flink voertuig besturen, trok me aan. Daarna ben ik onderzoek gaan doen en zag ik dat er een open dag was bij Arriva. Daar ontmoette ik werknemers en maakte ik een proefrit op de bus. Daar kreeg ik de eerste keer meteen kriebels van. De bus was heel groot en de bochten waren anders dan in een auto. Toen dacht ik: dit zie ik mezelf doen.’’

Na de open dag bleek dat er wederzijdse interesse was, waarna Tyrese zich inschreef bij een uitzendbureau. Daarna volgde een medische en psychologische keuring. ‘’Daar vroegen ze bijvoorbeeld hoe ik op stressvolle momenten in mijn werk reageer’’, zegt de Avansstudent, die beide keuringen doorliep. Nadat hij ook zijn theorie- en praktijkexamen met succes aflegde, begon hij in april aan zijn eerste dag bij Arriva.

Hoe bevalt het werk?
‘’Heel goed. Ik heb de vroege diensten in het weekend, op zaterdag en zondag. Voor mijn dienst begint, start ik rustig de bus op en pak ik een bakje chocomel. En dan begint de rit. Je ziet de zon mooi opkomen, bent de hele dag als het ware buiten en onderweg. Dat vind ik leuk. Je ziet een hoop verschillende mensen en buiten zie je ook van alles. Ik kan het ook goed combineren met mijn studie, omdat ik zelf kan aangeven wanneer ik wil werken. Het is flexibel werk.’’

In de vorige aflevering van de rubriek sprak Punt met student Remco Brussaard. Hij werkt bij de Efteling.

Hoe is het om op twintigjarige leeftijd buschauffeur te zijn?
‘’Mensen verwachten vaak niet zo’n jong iemand achter het stuur te zien. Ze verwachten een man die tegen de vijftig of zestig aanloopt. Ik hoor weleens: ‘Zó, wat een jonge chauffeur!’ als mensen instappen. Dat vind ik leuk.’’

Heb je een vast traject?
‘’Nee, ik rijd veel verschillende routes. Ik zit bij de stalling Den Bosch en rijd stadslijnen 1 tot en met 11 en streeklijnen 136, 121, 156, 154, 158 en 135. Lijn 121 naar Gorinchem is mijn favoriet, dan rijd je over de dijkjes en zie je veel natuur. 156 naar Eindhoven is ook leuk, dan zie je veel verschillende dorpen.

De eerste twee weken mag je rijden met navigatie, daarna moet je de route uit je hoofd kennen. Daar ben ik toevallig goed in, maar anders kom je er ook wel uit. En iedere chauffeur rijdt weleens verkeerd. Als dat gebeurt, los je het gewoon op.’’

Wat leer je van je bijbaan?
‘’Verantwoordelijkheid nemen, vooral in het verkeer. Mocht er onderweg iets gebeuren, is dat niet alleen vervelend voor jou maar ook voor de mensen in de bus die daardoor te laat komen. Je leert ook over voertuigbeheersing. Ik merk dat ik beter kan autorijden sinds ik bus rijd. Ik kan beter ruimtes inschatten en raad het dan ook iedere student aan om een bijbaan als buschauffeur te nemen. Ze zoeken altijd mensen!’’

Wat maakt je werk moeilijk?
‘’De medeweggebruikers, vooral pakket- of supermarktbezorgers die hun busje ergens neerzetten terwijl ik er met de bus langs moet. Dat is een moment dat het lastig wordt en je moet frotten. Als het niet lukt, wacht ik of kijk ik of ik de bezorger ergens kan vinden. Dat is de tactiek.’’

Hoe ziet de toekomst er voor je uit?
‘’Dat is een goede vraag. Na mijn Ad-opleiding wil ik doorstuderen, dus dan blijf ik nog buschauffeur. Maar hoe het daarna gaat, weet ik nog niet. Dat duurt ook nog wel even.’’

Punt. Of had jij nog wat?

Meer lezen?