Terug naar overzicht

Slimmer collegejaar? Vergeet de ondersteuning niet

Bij de experimenten met een ‘slimmer collegejaar’ in het hoger onderwijs moeten opleidingen de ondersteunende staf niet uit het oog verliezen, staat in een tussentijdse evaluatie.

Illustratie: Daan van Bommel

In de strijd tegen de werkdruk in de academische wereld kwam De Jonge Akademie met het voorstel om het collegejaar ‘slimmer’ in te richten. Minder lesweken, minder herkansingen, meer roostervrije weken – net als in andere landen.

Het voorstel viel in vruchtbare aarde. Het vorige kabinet reserveerde geld om met zo’n nieuw collegejaar te experimenteren. Er doen vijftien universiteiten en één hbo-instelling (Hanzehogeschool Groningen) aan de experimenten mee. Nu heeft demissionair minister Moes een tussenevaluatie naar de Tweede Kamer gestuurd.

Rust en ruimte?
“Veel pilots zijn met name gericht op rust en ruimte voor studenten en docenten, en niet of minder op rust en ruimte voor de ondersteunende staf”, staat in de tussenevaluatie. Terwijl sommige interventies ook gevolgen kunnen hebben voor de werkdruk van de ondersteunende staf. Heb daar oog voor, is een van de adviezen.

Van de 47 pilots (en subpilots) noemden twaalf de ondersteuners niet in hun plannen. “De ondersteunende staf wordt in verhouding ook minder gevraagd naar hun ervaringen met de ingezette interventies”, noteren de onderzoekers. Terwijl ze er wel door geraakt kunnen worden. Denk bijvoorbeeld aan de logistiek rond toetsen.

Minder doen
Een van de conclusies kon je zien aankomen: “Als het Nederlandse collegejaar ingekort wordt, lijkt verdere intensivering amper mogelijk. Een inkorting van het collegejaar betekent daarom waarschijnlijk dat de inhoud van het curriculum teruggebracht zal moeten worden.”

Slimmer betekent in zo’n geval minder. Of als je het wat zorgvuldiger aanpakt: minder overlap tussen de verschillende vakken. Docenten hebben lang niet altijd zicht wat hun collega’s allemaal onderwijzen, staat in de evaluatie.

Verder blijkt “dat de pilot heeft geleid tot een veel rustiger zomerperiode voor studenten, dat studenten de week met alleen herkansingen prettig vinden en dat studenten, docenten en ondersteunende staf unaniem blij zijn met het kortere collegejaar en de langere, ononderbroken zomervakantie”.

Natuurlijk is er soms roostergedoe. Zijn er genoeg zalen vrij? Kunnen docenten nog steeds bij twee opleidingen tegelijk werken? Dat lijkt vooral een kwestie van afstemmen.

Minder herkansen
Een ander idee is het aantal herkansingen te verminderen. Bijvoorbeeld: je krijgt één toetsmoment en één herkansing, anders moet je het volgend jaar maar weer proberen. Studenten gaan beter hun best doen voor die eerste toets en docenten hoeven minder vaak toetsen te bedenken en na te kijken.

Maar alles heeft twee kanten. “Een aandachtspunt is dat met name internationale studenten en studenten met een beperking minder flexibiliteit (en daardoor meer stress) ervaren doordat herkansingen nog maar een keer per jaar aangeboden worden.”

Minder keuzeruimte
Een derde keuze die opleidingen kunnen maken is wat meer eenheidsworst en minder keuzevakken. “Meer uniformiteit in het onderwijs vermindert de werkdruk en administratieve lasten voor de hele instelling, maar heeft als nadeel dat de flexibiliteit en mogelijkheid tot personalisatie voor studenten ingeperkt wordt”, stellen de onderzoekers vast. Geen van de opleidingen lijkt hiervoor gekozen te hebben.

De deelnemende opleidingen zijn allemaal aan de slag gegaan met eigen ideeën en plannen, bijvoorbeeld de ‘meesterproef’ in plaats van de scriptie bij een masteropleiding aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Dankzij een serie van losse leerdoelen (in plaats van een scriptie) was de studielast beter in te plannen en liepen studenten minder vertraging op.

Punt. Of had jij nog wat?

Meer lezen?

Cookie instellingen Cookies