Johan Stekelenburg
Geboren: 1941
Beroep: Burgemeester van Tilburg
Studie: Personeelswerk, Hogeschool De Horst in Driebergen
‘Ik moest wennen aan het feit dat ik ineens zelfstandig moest functioneren’
‘Ik zat na de middelbare school te dubben of ik naar de sportacademie zou gaan of naar de sociale academie. Ik was een sportfanaat, maar van huis uit hadden we ook meegekregen dat we ons moesten inzetten om de samenleving te ontwikkelen en ongelijkheid weg te werken. Het werd de sociale academie aan Hogeschool De Horst in Driebergen. Dat was de school van de pacifisten. Politiek gezien een psp-achtige club. Een organisatie als Kerk en Vrede zat daar. De Horst is door De Telegraaf eens de ‘rooie academie’ genoemd. Mijn tweelingbroer was toen ik in Driebergen studeerde marininier en had zijn standpolaats vlakbij, in Doorn. Op een dag kwam hij bij mij op bezoek, in het uniform van de mariniers. Dat heeft op de hogeschool veel teweeggebracht. Dat kon niet, het was provocerend. Ik heb dat nog lang moeten aanhoren.
De sociale academie was in de jaren zestig een opleiding waar je drie jaar intern zat. Het was een opleidingsinstituut en een woongemeenschap. Die gemeenschap leende zich uitstekend om tot midden in de nacht te discussiëren over politiek.
De beginperiode was een hele boeiende tijd. Ik moest wennen aan het feit dat ik ineens zelfstandig moest functioneren, maar het beviel me snel. We begonnen met een ontgroeningsweek, waarin je stevig werd aangepakt. We werden ergens in het land afgezet en daar door ouderejaars onder druk gezet. Je voelde je niet lekker, je sliep in oncomfortabele ruimtes. Het was een zware week, maar die leidde wel tot cohesie in de groep.
Het eerste jaar volgde iedereen de basisopleiding. Er kwamen vakken als ‘kijk op de samenleving’ aan de orde, ‘sociologie’, ‘ethiek’, ‘psychologie’ en ‘levensovertuiging’. Het had veel te maken met hoe je zelf in het leven stond. De overgrote meerderheid van de studenten was dan ook heel bewust aan de studie begonnen en nam ook deel aan activiteiten die meestal iets te maken hadden met politiek. Het tweede jaar koos ik de richting Personeelswerk.
De Horst was een ouderwetse, degelijke opleiding, waar flink moest worden gestudeerd. Toch had ik nog genoeg ruimte voor activiteiten naast de studie. Ik had op zaterdagmiddag een bijbaantje en ik bleef volleyballen in Utrecht. Ik was nauw betrokken bij de oprichting van de studentenvakbeweging eind jaren zestig. Dat was de periode voor de grote democratiseringsgolf. Dat studenten tegenwoordig minder actief zijn in het studentenleven is natuurlijk een gevolg van de forse studiedruk, maar als je een beetje gedisciplineerd bent, dan houd je nog genoeg tijd over.’ (RL)
Punt. Of had jij nog wat?