Twee studenten Accountancy in Breda tekenden beroep aan tegen het cijfer dat zij kregen voor een landelijk examen, omdat de tweede corrector een lager cijfer had gegeven dan de eerste. Tijdens de zitting woensdag stelde het College van Beroep voor om alsnog de procedure starten die het landelijke examen zelf voor dit soort gevallen heeft.
De studenten kregen voor het landelijke examen Controle Beginsel 2 van de eerste corrector, een docent van Accountancy, een voldoende. De tweede corrector, vanuit het landelijke examen, gaf een onvoldoende. Volgens de student die bij de zitting aanwezig was, zou de docente van Avans hebben gezegd dat zij het hier niet mee eens was. Ze zou toch een handtekening onder de uiteindelijke onvoldoende hebben gezet omdat ze niet wist dat ze ook kon protesteren. Zij zou ook gezegd hebben dat die tweede corrector een moeilijke man was, die niet snel overstag ging. Als zij haar handtekening niet zou hebben gezet, zou de zaak voor een commissie vanuit het landelijke examen zijn gekomen.
Het College van Beroep vond dat, ondanks de handtekening van de Accountancydocente, het geval door de commissie van het landelijk examen beoordeeld moet worden, omdat de handtekening uit onwetendheid was gezet.
De leden van de examencommissie zegden toe te proberen of dit mogelijk was en geven binnen twee weken door of de zaak geschikt kan worden (als de landelijke commissie de zaak oppakt) of dat er alsnog een beroepszaak volgt. (PM)
Punt. Of had jij nog wat?