Tim de Lange, docent aan de TU Delft, heeft een Daihatsu Cuore gekocht, de benzinemotor er uitgehaald en er een elektromotor ingebouwd. Hij kan er zeven uur lang mee door de stad rijden of twee uur lang over de snelweg. Energiekosten: drie euro.
Van binnen ziet de auto er doodgewoon uit. Er staat geen gigantische accu op de achterbank, de kofferbak is leeg en de hele motor ligt onder de kap. Maar in plaats van een uitlaat heeft hij een stopcontact.
De elektromotor is ongeveer even duur als een benzinemotor. De meerprijs zit vooral in de batterijen. De Lange: ‘Die kosten 28 duizend euro. Elektro-auto’s zijn nu nog niet commercieel haalbaar, maar dat zal niet lang meer duren. Honderdtwintig jaar geleden was de gewone auto ook onbetaalbaar.’
De Lange (1975) is oprichter van het team dat met de Nuna 1, 2 en 3 de wereldkampioenschappen voor voertuigen op zonne-energie wist te winnen. Toen hij dertien jaar was, bouwde De Lange al een zeepkistautootje dat door elektriciteit werd aangedreven. Hij racete met dertig kilometer per uur door de buurt, tot de politie hem van de weg haalde: hij had geen vergunning. (BB/HOP)
Punt. Of had jij nog wat?