De Raad van Bestuur onderhandelt niet over benoemingen, en communiceert ook niet over achtergronden. Dat heeft RvB-lid Marja Kamsma gesteld in een gesprek met medewerkers van de Diensteenheid Marketing, Communicatie en Studentenzaken (DMCS). De medewerkers hadden om het gesprek gevraagd vanwege de commotie bij management en personeel van DMCS na de benoeming van Paul Appel als directeur in de plaats van Ine van Zon.
Volgens Kamsma is, blijkens een verslag van het gesprek, de commotie binnen de diensteenheid veroorzaakt door een emotionele reactie van de kant van het management van DMCS. De twee adjunct-managers, Ineke de Schepper en Ad van Dooren, hadden als reactie op de benoeming aangekondigd op zoek te gaan naar een andere functie, omdat tegenover hen toezeggingen niet zouden zijn nagekomen. Inmiddels heeft Van Dooren een functie aanvaard als docent bij de Juridische Hogeschool.
Marja Kamsma verduidelijkte volgens het verslag ‘dat, als er sprake is van daadwerkelijk overgaan tot twee directieleden voor DMCS dat besluit genomen wordt op dat moment. Zelfs het businessplan is niet bepalend bij het nemen van dat besluit, maar de overwegingen van het moment waarop beslissingen nodig zijn’.
In het businessplan was overeengekomen, dat het management van DMCS van drie naar twee personen zou worden teruggebracht. De vertrekkende Ine van Zon had na de aanvaarding van haar benoeming als directeur bij de Bredase Academie voor Sociale Studies geadviseerd de directie over DMCS in handen van de achterblijvende adjuncts te geven. De Raad van Bestuur legde dat advies naast zich neer. Volgens Kamsma spelen beloftes bij benoemingsbesluiten geen rol. ‘Er worden geen beloften gedaan naar de toekomst, nu niet, maar in de toekomst ook niet.’
De medewerkers van DMCS brachten in het gesprek naar voren dat de Raad van Bestuur wantrouwen bij de medewerkers kweekt door te volstaan met louter mededelingen over benoemingen zonder op de overwegingen en het proces van de besluitvorming in te gaan: ‘Medewerkers herkennen geen open en transparant besturen en het verwezenlijken van “goed werkgeverschap” door de RvB’, aldus het verslag.
De Raad van Bestuur wijst echter naar het management van DMCS. ‘De RvB ging (en gaat) er vanuit dat het management naar aanleiding van besluiten, op zodanige wijze communiceert met de medewerkers dat er geen commotie ontstaat’, zo staat in het verslag. De RvB heeft volgens Kamsma in de mail naar de medewerkers niet gesproken over de keuzes van de managers, ‘omdat deze naar de RvB hebben aangegeven, zolang zij geen andere functie gevonden hebben, zich volledig in te zetten voor DMCS’.
Feitelijk hadden echter de vertrekkende directeur en de twee adjuncts toen de mail werd verzonden die keuzes – een andere functie zoeken – al aan de medewerkers meegedeeld. (FG)
Punt. Of had jij nog wat?