Dat gold in ieder geval voor de vijf studenten van de fictieve chocolaterie Choq. De projectgroep dokterde de afgelopen acht weken heel gedetailleerd uit hoe hun bonbon-speciaalzaak er uit zou moeten zien. Het resultaat was een concept dat zowel luxe als gemoedelijkheid moest uitstralen.
Referentiebedrijf
‘De andere projectgroepen hebben van die normale zaken als een kleding- of een schoenenwinkel’, vertelt Maud de Jong, één van de bedenkers. ‘Wij wilden juist iets origineels. Ik had bovendien ooit een chocoladeworkshop gevolgd en dat was heel erg leuk. Toen ik met het idee van een chocolaterie kwam, was iedereen meteen enthousiast.’
Als referentiebedrijf gebruikte de projectgroep een bestaande chocolaterie in Waalwijk en werden er enkele vergelijkbare winkels bezocht. Medestudent Niels van Hulten: ‘Met de gegevens konden we een schatting maken van het aantal bezoekers, de omzet en het bedrag dat nodig is om zo’n winkel op te starten.’
Brainstormen
Door veel te brainstormen kreeg het concept langzaam vorm. Het begon allemaal met de kleuren, vertelt groepslid Elise Leijtens: ‘We hadden al meteen de kleuren wit en paars voor ogen. Dat is origineel en het straalt iets van trendy en luxe uit.’ Een ander groot verschil met het referentiebedrijf zijn de workshops. In de fictieve winkel kunnen klanten leren hoe ze bonbons moeten maken.
Het hele concept werd vlot beschreven in de presentatie en vastgelegd in een plan. Nu is het afwachten tot hun punt op Blackboard verschijnt. Kelly van Gils is er niet helemaal gerust op. ‘We hadden gehoord dat dit project nog nooit zo slecht was gemaakt. Onder de circa vijftien projectgroepen zouden maar drie groepen een voldoende voor hun plan hebben.’
Goede afloop
Toch gelooft groepsgenoot Hester Haan wel in een goede afloop. ‘Zeventig procent van het punt wordt bepaald door de presentatie. En ik verwacht dat we daar wel een voldoende voor hebben.’ Daarmee zouden de champagne en de bonbons hun werk uiteindelijk gedaan hebben. [CT]
Punt. Of had jij nog wat?