‘Het hbo is geen universiteit’, zei student Dennis Tak. ‘De kracht van een docent is dat hij een krachtige persoonlijkheid heeft en met één been in de praktijk staat. Een master is daarvoor niet per se nodig. Ik vind het belangrijker dat er strengere eisen aan het praktijkgehalte worden gesteld.’ Paul Veroude, werkplaatsmeester bij de kunstacademie viel hem bij: ‘Ik zie liever praktijkdocenten die goed zijn.’
Studenten worden assertiever
Studentlid Linsey van Oers, net geïnstalleerd, vindt een wetenschappelijke basis wél belangrijk. ‘Ik krijg op mijn opleiding veel marketing. Ontwikkelingen in dat vak gaan snel en studenten worden steeds assertiever. Er ontstaat soms irritatie als docenten geen antwoorden weten op vragen. Je verwacht juist van zo iemand dat hij alles weet op zijn vakgebied.’
Volgens studentlid Amber Bot, ook een nieuw lid, kun je academies op dit gebied niet met elkaar vergelijken. ‘Bij sociale studies wil je juist mensen uit het werkveld die je voorbeelden uit de praktijk kunnen geven.’
Ontwikkelplan professionalisering
De discussie kwam voort uit de bespreking van het ontwikkelplan ‘Talent aanspreken, benutten en ontwikkelen’ van Avans. Hierin wordt beschreven hoe Avansmedewerkers naar een hoger plan kunnen worden gebracht. Professionalisering vindt niet alleen plaats door te streven naar meer docenten met een master- of doctorandustitel, maar ook door het verbeteren van didactische vaardigheden of bijscholing, bijvoorbeeld via Professionaliseren@avans. Ook het belang van toegepast onderzoek wordt in het plan genoemd, evenals praktijkkennis en ondernemerschap.
Na de discussie in de plenaire vergadering van de AMR wordt het plan verder bekeken door de AMR-commissie P&O, die komt vervolgens met een advies om al dan niet in te stemmen. Volgens AMR-lid Tonja Nijenhuis is het een moeilijk probleem. ‘Het gaat erom de juiste balans in een team te vinden. De vraag is of dit beleidsstuk daarvoor het kader schept.’ [PM]
Punt. Of had jij nog wat?