Er moet meer aandacht komen voor pesten in het hoger onderwijs, zegt de Belgische pestdeskundige Gie Deboutte. Hogescholen en universiteiten hebben volgens hem een “blinde vlek”, vooral voor online pesten.
Gisteren is de landelijke Week Tegen Pesten begonnen. Als we de cijfers van de Onderwijsinspectie mogen geloven, wordt er op hogescholen en universiteiten amper gepest: in het studiejaar 2015-2016 kwamen er maar drie meldingen binnen.
Maar die cijfers zeggen zeker niet alles: verhalen over pesten komen meestal niet bij de inspectie terecht. Volgens expert Gie Deboutte, die onderzoek doet aan de Universiteit Antwerpen en de hogeschool UC Leuven-Limburg, wordt er veel meer gepest dan gedacht. In zijn boek (Cyber)pesten in het hoger onderwijs, dat vorige week uitkwam, pleit hij voor een betere aanpak.
Pesten, dat doen volwassen studenten van een hogeschool of universiteit toch niet?
“Dat is een grote misvatting. We zien dat er op middelbare scholen veel gepest wordt, en ook op de werkvloer heeft één op de zes Nederlanders te maken met pesten, discriminatie of intimidatie. Dan is het zot om te veronderstellen dat het daartussenin, in het hoger onderwijs, allemaal koek en ei is. ”
Hoe worden studenten gepest?
“Studenten zitten in het hoger onderwijs meestal niet meer in vaste leergroepen, dus het neemt andere vormen aan dan persoonlijk getreiter in bijvoorbeeld de pauzes. Er is steeds meer sprake van cyberpesten: iemand op sociale media belachelijk maken om likes te verzamelen, of snapchats versturen waarmee je mensen figuurlijk of zelfs letterlijk in hun blootje zet.”
Zijn er veel voorbeelden van pesterijen op hogescholen of universiteiten bekend?
“Laatst was er op een hogeschool in Vlaanderen een groepje studenten dat erg actief was in de inspraak. Een andere student had een hekel aan ze, en had een soort Hitler-persiflagefilmpje van ze gemaakt en dat verspreid via Facebook. Na lang bemiddelen heeft hij dat uiteindelijk verwijderd.”
“Maar denk ook aan Tim Ribberink (een 20-jarige student van de hogeschool Windesheim in Zwolle, red.), die in 2013 zelfmoord pleegde nadat hij op de basisschool en middelbare school al jaren was getreiterd. Zo gaat het vaak: mensen die op school anders zijn dan de rest, zijn blij als ze eindelijk uit het groepsproces op school weg zijn, in de hoop anoniem te kunnen blijven op de veel grotere hogeschool of universiteit. Maar daar gaat het dan gewoon door. De hogeschool zei niks in de gaten te hebben gehad.”
Komt het vaak voor dat de instellingen van niets weten?
“Ja, het is voor studenten ook een grote drempel om naar een vertrouwenspersoon te stappen. Ze weten vaak ook niet dat er een vertrouwenspersoon is, want dat wordt niet duidelijk gecommuniceerd. Zo kun je wel spreken van een blinde vlek voor pesten.”
“Het is lastig om precieze aantallen te noemen. Maar ik durf op basis van cijfers over pesten, onder meer op de werkvloer, wel in te schatten dat minstens zeven procent van de studenten in Nederland wordt gepest.”
Wat kunnen hogescholen en universiteiten doen om pesten tegen te gaan?
“Het zou goed zijn als elke instelling een coördinator aanstelt die zich op pesterijen richt. Samen kunnen ze dan hun ervaringen delen en elkaar tips geven.”
Zijn er verschillen tussen Nederland en België?
“Ik moet wel zeggen dat het in Nederland al een stuk beter gaat dan in België. De Nederlandse overheid is er actiever mee bezig, onder meer via campagnes, zoals onlangs ook over pesterijen op de werkvloer. Daarnaast is wettelijk vastgelegd dat er gediplomeerde vertrouwenspersonen moeten zijn met geheimhoudingsplicht.”
“Met mijn boek wil ik vooral een aanzet geven tot meer aandacht en meer onderzoek naar pesten in het hoger onderwijs. Want het gebeurt veel meer dan je denkt, en dat kan hele ernstige gevolgen hebben.”
Punt. Of had jij nog wat?