Universiteiten en hogescholen hebben vorig jaar goed gepresteerd bij de onderwijskeuringen van accreditatieorganisatie NVAO. Bij de hogescholen kregen vijf opleidingen een onvoldoende, aan de universiteiten waren het er slechts twee.
Daarmee heeft ongeveer 96 procent van de 291 gekeurde opleidingen de test van de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie zonder kleerscheuren doorstaan, een vergelijkbaar percentage als vorig jaar.
Ten opzichte van de voorgaande jaren lijkt er veel verbeterd: in 2014 kregen maar liefst 52 opleidingen de gele kaart, het jaar daarop 29. “De impact van een aantal problemen van enkele jaren geleden heeft iedereen op scherp gezet”, zegt NVAO-voorzitter Anne Flierman.
Nieuwe opleidingen
Er werden vorig jaar ook 67 nieuwe opleidingen aangevraagd, waarvan er 41 positief werden beoordeeld. De NVAO noemt het opmerkelijk dat de nieuwe private opleidingen voor het eerst net zo goed scoren als de publiek bekostigde opleidingen.
Opvallend genoeg voldeden de hbo-opleidingen in 70 procent van de gevallen, terwijl dat voor slechts 53 procent van de universitaire studies gold. Ook werden er acht nieuwe associate degrees – tweejarige hbo-opleidingen– goedgekeurd.
Sinds 2011 krijgen opleidingen één tot twee jaar de tijd om zich te verbeteren als ze van de NVAO een onvoldoende krijgen. Daarvóór was het bij een gele kaart direct einde oefening. In de praktijk paste de keurmeester die zware straf zelden toe, waardoor zwakke opleidingen zelden ter verantwoording werden geroepen.
Punt. Of had jij nog wat?