Gezien de enorme werkdruk in het hoger onderwijs wil minister Van Engelshoven best praten over lichtere kwaliteitsbewaking voor universiteiten en hogescholen. Dat schrijft ze aan de Eerste Kamer.
Het valt niet mee om elke zes jaar aan een commissie van deskundigen te laten zien hoe goed een opleiding is, vinden met name de universiteiten. Al jaren proberen ze het juk van kwaliteitsbewaking te verlichten, tot nog toe zonder succes.
Maar ze geven niet op. De periodieke opleidingskeuring van de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) kost veel tijd en moeite, stellen ze, en de werkdruk is al hoog genoeg. Daarom pleiten ze voor een zogeheten ‘instellingsaccreditatie’.
In dit systeem heeft een onderwijsinstelling met pakweg twintig opleidingen nog maar één groot stempel van goedkeuring nodig, in plaats van twintig afzonderlijke stempeltjes. De NVAO controleert dan niet langer of bijvoorbeeld de opleidingen rechten, wiskunde en Nederlands aan de maat zijn, maar checkt alleen nog of de instelling haar interne kwaliteitszorg op orde heeft.
“Nieuw licht”
Daar heeft minister Van Engelshoven wel oren naar, “indien daar voldoende maatschappelijk draagvlak voor is”, schrijft ze vandaag aan de Eerste Kamer. De senatoren hadden haar wat vragen gesteld over een wetsvoorstel waarin het accreditatiestelsel enigszins wordt aangepast.
De minister gaat sowieso met de universiteiten en hogescholen praten over de mogelijkheden voor instellingsaccreditatie, heeft ze hun beloofd. Dat staat in de akkoorden over ‘kwaliteitsafspraken’ die ze deze week heeft gesloten.
Ze verwijst naar Vlaanderen, waar een ‘instellingsreview’ is ingevoerd en opleidingen bij wijze van experiment tot 2021 zijn vrijgesteld van opleidingsvisitaties en -accreditatie. “Instellingsaccreditatie werkt in Vlaanderen”, stelt ze op grond van een recente evaluatie. Dit zou een “nieuw licht” werpen op de Nederlandse situatie.
Het vorige kabinet zette een experiment met instellingsaccreditatie in de steigers, maar na een felle politieke strijd werd dit zozeer afgezwakt dat universiteiten er geen zin in hebben. Ze doen er niet aan mee. De proef gaat desalniettemin van start.
Mordicus tegen
Onder meer toenmalig VVD-Tweede Kamerlid Pieter Duisenberg was mordicus tegen instellingsaccreditatie. Volgens hem zette het afschaffen van opleidingskeuringen “de bijl aan de wortel van het onderwijs”. Tegenwoordig is Duisenberg voorzitter van universiteitenvereniging VSNU.
Nieuwe ronde, nieuwe kansen? Aan Van Engelshoven zal het niet liggen. Zij ziet “volledige instellingsaccreditatie als mogelijke vervolgstap” na het experiment, schrijft ze aan de senatoren.
NVAO-voorzitter Anne Flierman wil er ook best over praten, zei hij woensdag op een bijeenkomst aan de Universiteit Utrecht. Maar hij temperde de verwachtingen. Uit het Vlaamse experiment zou blijken dat instellingsaccreditatie zeker niet voor minder werk zorgt.
In een eerder interview zei hij hetzelfde: “Er zijn goede argumenten om te experimenteren met instellingsaccreditatie, maar je moet het niet doen om de ‘ervaren lastendruk’ te verminderen. Docenten zullen er weinig van merken.”
Punt. Of had jij nog wat?