De verkiezing voor nieuwe studentkandidaatleden voor de Avans Medezeggenschapsraad (AMR) heeft een nieuwe dieptepunt bereikt. Bij een gebrek aan kandidaten vond er voor de zomervakantie zelfs geen plaats. Daarnaast lag het opkomstpercentage voorgaande steevast onder de zes procent. Bijzonder voor een hogeschool die bijna dertigduizend studenten huisvest. Heeft de AMR een imagoprobleem, of zijn studenten gewoon heel tevreden en boeit het ze niet?
Voor de zomer probeerde de AMR haar zichtbaarheid onder Avansstudenten
te vergroten. Zo werden er wat koffiemomenten georganiseerd en stond de studentengeleding met stellingen in de hal van meerdere
locaties om wat interactie te creëren. Avans is al zeven jaar op rij de beste
hogeschool van Nederland en scoort ook hoog op tevredenheid. Kan dat juist een
reden zijn dat studenten niet bekend zijn met de AMR? Al neemt dat niet weg dat
de raad niet onbelangrijk is en blijft.
Tanja
Konings en Hanneke Nolta, Bureau Medezeggenschapszaken, zijn onder andere
verantwoordelijk voor de zichtbaarheid van de AMR. Nolta: “Bij medewerkers is
de opkomst 60 tot 70 procent, maar bij de studenten is dit aanzienlijk lager.
Bij de vorige verkiezingen lag de opkomst op 6 à 7 procent, wat overigens al
een verbetering is ten opzichte van de verkiezingen daarvoor. Toen het
percentage slechts 2 procent was.”
Hoe kan
het dat er nu zelfs geen verkiezing was?
Konings:
“Dertig studenten meldden zich aan voor de verkiezing. Volgens het reglement moeten
zij vervolgens dertig handtekeningen verzamelen voor zij zich uiteindelijk
kandidaat kunnen stellen. Dat lukte uiteindelijk zeventien studenten. Waarvan
er zich weer vijf hebben teruggetrokken vanwege persoonlijke omstandigheden.”
Wat doen jullie verder aan publiciteit?
Konings: “De aandacht daarvoor is beperkt. Deels omdat we ons afvragen hoe
we het moeten aanpakken? En deels door tijdgebrek, maar ook doordat we als
Bureau Medezeggenschapszaken op zoek zijn naar de meest effectieve methoden om
studenten te bereiken.”
Nolta: “We hebben ooit een publiciteitsplan gemaakt. En voorheen deden we ook
meer met Punt. Maar de vraag die
speelt is: hoe kunnen we studenten écht benaderen.”
Konings: “We stonden voor de zomervakantie op verschillende Avanslocaties met
huidige studentleden. Toen we de studenten aanspraken, reageerden ze allemaal
enthousiast. En we organiseerden koffievragenuurtjes, maar dat is moeilijk met
weinig bekendheid.”
Er zijn vast ook genoeg andere manieren om de zichtbaarheid te vergroten
Konings: “We zijn dingen aan het voorbereiden om het voortaan groter aan te pakken dan normaal. Zoals met banners en spandoeken op locaties. En video’s. En we zitten ook op social media. Maar daar doen we niet zoveel mee, dit verdient nog meer aandacht.”
Ook andere de medezeggenschapsraden van andere hogescholen worstelen met het opkomstpercentage. De gemiddelde opkomst aan de tien onderzochte instellingen ligt op 6,78 procent. Ter vergelijking: bij de universiteiten ging gemiddeld 28 procent van de studenten naar de stembus. Overigens was ook daar de opkomst lager dan vorig jaar.
Ligt er verder ook niet een taak voor de studentengeleding?
Nolta: “Zij denken enthousiast mee over hoe we meer aandacht kunnen krijgen. We merken dat ze dat echt willen.”
Konings: “Het moet duidelijker worden voor de AMR-leden dat promotie ook echt bij hun taak hoort.”
Jullie kunnen er op verschillende manieren aan trekken, maar misschien heerst er sowieso pure desinteresse?
Nolta: “Ik denk dat de opleidingscommissies meer leven en de AMR een ver-van-hun-bed-show is.”
Konings: “Het is een wisselwerking. 1. We staan niet duidelijk op de kaart. 2. We zijn een moeilijk onderwerp om bij studenten interessant te maken. Maar wel een belangrijk onderwerp.
Nolta: “En we zijn echt wel meer bezig en aanwezig dan andere jaren hoor. Maar er is ook veel tijd nodig.”
Je bent niet de enige als je de AMR niet kent:
Punt. Of had jij nog wat?