Paardrijden op hoog niveau, terwijl je ook nog een studie Chemie volgt. Tweedejaars Lotte van den Herik doet het. Ondanks een heftig ongeluk een aantal jaar geleden, stapt Lotte nog elke dag op een paard. “Sommige mensen vonden me een debiel dat ik daarna weer het paard op ben gegaan. Maar dat heeft me wel gered, ik ben niet bang geworden.”
De student Chemie was elf jaar toen ze begon met paardrijden. Lottes eerste ervaring was niet gelijk de fijnste. “De eerste keer probeerde ik het omdat mijn zus ook reed, maar toen ben ik er vanaf gevallen. Ik wilde echt nooit meer op een paard. Twee jaar later ging mijn moeder ook paardrijden. Ik hockeyde destijds nog op hoog niveau, maar ik wilde het rijden weer proberen en toen bleef ik wél op het paard zitten. Uiteindelijk moest ik kiezen tussen de twee sporten en ik koos voor paardrijden, voor dressuur rijden.”
Eigen karakter
Waarom Lotte uiteindelijk koos voor paardrijden? “Bij hockey heb je gewoon een stick in je hand. Paarden zijn levende wezens, je hebt iets onder je met een eigen karakter. Als een paard er geen zin in heeft, moet je echt je best doen om er toch wat uit te krijgen. Niet alleen het rijden, maar met de dieren zelf bezig zijn vind ik ook al leuk”, legt ze uit. Lotte is elke dag ongeveer vijf uur kwijt aan de paarden. “Het is veel meer dan een zadel erop en gaan met de banaan. Ik train twee uur per dag met twee paarden. En dan komt de verzorging er nog bij.”
“Gelukkig heb ik de dieren sinds dit jaar op stal aan huis. We woonden eerst in een normaal rijtjeshuis, maar toen ik op een gegeven moment zo hoog ging rijden hadden we de paarden aan huis nodig. Bij de rest van mijn familie zit die liefde voor paarden er ook erg in.” Ongeveer drie keer per maand rijdt Lotte wedstrijden. Ze gaat er in februari zelfs voor naar Frankrijk toe. “Ik rijd op Grand Prix U25, dat is het hoogste niveau dat je kunt rijden. En ik zit ook in een klasse boven mijn leeftijd, want mijn paard is best goed en kan dit niveau aan.”
‘Ik moest mijn ongeluk vergelijken met iemand die door een auto is aangereden met 120 kilometer per uur’
Harde val
Dat paardrijden een gevaarlijke sport kan zijn, heeft Lotte aan den lijve ondervonden. “Drie jaar geleden viel ik hard van mijn paard. Ik ben verlamd geweest, van hier tot hier”, vertelt Lotte terwijl ze haar ene hand onder haar kin houdt en met de andere naar haar tenen wijst. “Ik had eerst niet door hoe erg het was. De arts vertelde dat ik het moest vergelijken met iemand die door een auto is aangereden met 120 kilometer per uur. Het is bijzonder dat ik het überhaupt overleefd heb.”
Het was niet gelijk duidelijk hoe ernstig Lottes val was. “De artsen zagen eerst niets op de scan. De volgende dag had ik redelijk mijn gevoel terug, dus toen mocht ik weer naar huis. Daar heb ik drie maanden rustig aan gedaan, ik moest in een rolstoel naar school bijvoorbeeld. Toen ik een half jaar later op de fiets zat, ging het weer mis. Ik viel van mijn fiets af en viel flauw omdat ik zo trilde. Het bleek dat mijn rug op twee plekken gebroken was geweest door de val van het paard. Al mijn zenuwen waren geknapt en die moesten opnieuw opgebouwd worden. Door de smak van mijn paard vielen mijn spieren uit. Ik moest het allemaal opnieuw leren. Ik ben nog steeds niet helemaal hersteld.”
Spiegelbeeld
Toch schrikt het ongeluk haar niet af om door te gaan. “Mijn moeder vroeg me na het ongeluk of ik nog wilde paardrijden. Ik antwoordde gelijk: ‘Ja, dat wil ik nog.’ Eenmaal uit het ziekenhuis ben ik gelijk op mijn paard gaan zitten en dat paard rijd ik nu nog steeds op hoog niveau. Sommige mensen vonden me een debiel dat ik na de val weer het paard op ben gegaan. Maar dat heeft me wel gered, ik ben niet bang geworden.”
Voor de studente betekenen de paarden meer dan alleen de sport. “Een paard is echt een spiegelbeeld van jezelf. Het dier neemt alles van jou over en voelt aan jouw ademhaling en je hartslag dat er iets mis is. Vroeger had ik altijd faalangst. Als ik een wedstrijd had, zat ik kotsend op het paard. Maar door het dier is mijn faalangst weg. Na het ongeluk reed ik een ander paard en dat dier heeft mij zoveel vertrouwen gegeven dat ik er weer vol tegenaan durfde op mijn eerste paard.”
‘Voor mij geldt: als ik iets wil doen, dan doe ik het. En dan doe ik het goed’
Goede mentaliteit
Lotte is vastberaden in de toekomst door te gaan in de paardensport. “Het is ontzettend moeilijk de sport met mijn studie te combineren. Ik doe de opleiding alleen om het papiertje te hebben. Het is een plan B voor als er iets gebeurt en ik niet meer kan paardrijden. De mensen van mijn leeftijd waar ik wedstrijden tegen rijd studeren ook niet, omdat het eigenlijk niet te doen is. Studiegenoten leren twee uur per dag, maar ik ben dubbel die tijd met mijn paarden bezig.”
De tweedejaars traint nu voor een nog hoger niveau, de Olympische proef. “Topsport vind ik ontzettend leuk. Je moet daar wel de goede mentaliteit voor hebben. Voor mij geldt: als ik iets wil doen, dan doe ik het. En dan doe ik het goed. Net als met paardrijden, ik ga niet een beetje rond hobbelen. Ik ga er helemaal voor.”
Punt. Of had jij nog wat?