Het kabinet heeft groen licht gegeven voor de ‘heropening’ van het hoger onderwijs. Hoorcolleges blijven voorlopig online, maar instellingen doen hun best om kleinschalige bijeenkomsten op de campus snel weer mogelijk te maken. Avans gaat terug naar de situatie van oktober vorig jaar. Fysieke lessen zijn mogelijk, al dan niet op externe locaties.
Een eerste stap: zo noemde demissionair premier Rutte de aangekondigde versoepelingen van de lockdown dinsdagavond. Universiteiten en hogescholen mogen vanaf maandag de deuren weer (vaker) openen voor fysiek onderwijs.
Maar lukt dat wel zo snel? Of het kabinet toestemming zou geven bleef tot op het laatste moment spannend, en nu is het al bijna 26 april. Bovendien kan niet iedereen tegelijk komen: de anderhalve meter afstand blijft van kracht.
Avans Hogeschool
Bij Avans gaat men terug naar de onderwijssituatie zoals die in oktober vorig jaar het geval was. Alles wat toen is opgezet, staat nog steeds en is goed georganiseerd. Dat zegt Arnaud Opdam, directeur Huisvesting en Services. Wel wordt er extra toezicht gehouden op het naleven van de coronamaatregelen. Dat gebeurt door externe handhavers. Ook blijft Avans gebruikmaken van externe onderwijslocaties als Breepark in Breda en De Maaspoort in Den Bosch.
Maatwerk
De roosteraars van de Universiteit Utrecht zijn in elk geval opgelucht, die hadden vanaf 26 april al gerekend op meer colleges op de campus, schrijft DUB. Ook de TU Delft gaat vanaf dan weer meer zelfstudie, groepswerk of fysiek onderwijs op de campus geven.
Maar eerlijk is eerlijk: heel praktisch is de startdatum niet, zo vlak voor Koningsdag. Tilburg University zou maandag sowieso geen onderwijs verzorgen. Daar begint de heropening op 28 april. Datzelfde geldt voor de Universiteit van Amsterdam, waar elke opleiding zelf bepaalt hoe de beschikbare ruimte in de gebouwen wordt ingevuld.
Ook de Universiteit Maastricht biedt maatwerk. “Er wordt per faculteit gekeken wat er mogelijk is, want daar zit men het dichtst op het vuur”, zegt woordvoerder Koen Augustijn. “Veel hangt af van bijvoorbeeld de capaciteit van de gebouwen en van het type onderwijs.”
Halsoverkop
Bovendien kunnen instellingen hun studenten niet plotsklaps weer verplichten naar een werkgroeplokaal te komen, zoals pre-corona het geval was. Zolang de crisis voortduurt, zit lang niet iedereen daar op te wachten. Wat bijvoorbeeld te denken van alle internationals die terug naar huis zijn gegaan? Zij kunnen niet halsoverkop naar Nederland afreizen, alleen al vanwege de inreisbeperkingen.
Dat speelt zeker een rol bij de Universiteit Maastricht, met haar vele buitenlandse studenten. Rector Rianne Letschert zei vorige maand tijdens een rondetafelgesprek nog dat er voor deze groep studenten tot de zomer sowieso online onderwijs zal moeten worden geboden.
Het blijft hoe dan ook een enorme puzzel. Sommige universiteiten gunnen zichzelf iets langer de tijd. De Radboud Universiteit Nijmegen gaat studenten pas na de meivakantie weer één dag per week fysiek onderwijs geven. Ook Wageningen University was dit van plan.
Eerder een opschaling
De hogescholen lijken iets verder gevorderd. Daar vond de afgelopen maanden al het nodige praktijkonderwijs plaats. “Het is voor ons dus niet zozeer een heropening, maar eerder een opschaling”, zegt woordvoerder Jeroen Jongeling van hun koepelvereniging.
Het doel is nu om terug te keren naar de situatie van vóór de lockdown medio december, vervolgt hij. “We hebben geen enkel signaal dat hogescholen ervoor kiezen om later op te schalen. Er heerst vooral veel opluchting en blijdschap.”
Dat is zeker zo bij de Christelijke Hogeschool Ede, die dinsdagavond een uur na de aankondiging van het kabinet al een persbericht verstuurde: studenten kunnen daar meteen vanaf maandag weer voor een deel van hun colleges terecht.
Extra tussenuren
Ook bij de Hogeschool Rotterdam hebben alle onderwijsinstituten al plannen klaarliggen om vanaf 26 april verder open te gaan, meldt bestuursvoorzitter Ron Bormans. Het onderwijs op locatie kan er per student anders uitzien. Dat is bijvoorbeeld afhankelijk van de studiefase waarin zij zich bevinden.
De roosteraars van Fontys hebben het er maar druk mee, schrijft hogeschoolblad Bron. Naast zoveel mogelijk onderwijs proberen zij wat extra tussenuren te plannen, zodat studenten ook buiten de lessen om tijd met elkaar kunnen doorbrengen. Maar voor die “loze uren” moeten natuurlijk wel lokalen en faciliteiten beschikbaar zijn.
Punt. Of had jij nog wat?