Ik had een opkikker nodig, een wandelingetje om het hoofd leeg te maken of een bankje om misschien wat te staren naar de zon, en liep naar buiten bij de Hogeschoollaan.
Niet veel later slalomde ik langs de vogelpoep, blik op de grond om geen vieze voeten te krijgen. De beloning was zoet: een parkachtige omgeving met weelderige bomen en gras dat hoog mag groeien voor de biodiversiteit. Er stonden zelfs wat bankjes. Het was alles wat ik nodig had.
Althans, dat dacht ik, want ik ging zitten, ademde uit en weer in, keek om me heen en zag het leven: vogeltjes, veel groen. Maar vooral hoorde ik een niet te onderdrukken geruis op de achtergrond, met af en toe een toeter.
De menselijke soort raasde voorbij, met een kilometer of vijftig per uur, over de Claudius Prinsenlaan en de De la Reijweg. En hadden ze geen auto, dan fietsten, liepen of stepten ze voor mijn neus, onderweg vanuit de stad naar school. Niemand zat stil, iedereen was in beweging. Zo efficiënt mogelijk van A naar B.
Kuddedier als ik ben, liep ik ook maar verder, via de geasfalteerde paadjes langs de parkeerplaats, naar de achterkant van het gebouw. Daar was het drukker met pauzerende mensen. Het was er ook een stuk warmer, want geen schaduw. En gelukkig was het stil, met het gebouw als enorme geluidswal.
Mensen zaten te bakken op de muurtjes van ‘De Synaps’, het kunstwerk met uitzicht op de glimmende toren van HQ en de rijen met blikkerende auto’s op het parkeerterrein. Het weinige groen kwam van de bomen op het parkeerterrein en van het onkruid tussen de immens grote betonnen tegels – daar hielpen de drie luizige boompjes in wijnvaten niets aan.
Zonnebrandcrème had ik niet bij me, dus ik ging weer verder, naar het braakliggende terrein waar tot voor kort het noodgebouw stond. Ik had gelezen dat Avans door de huidige studentenpopulatie minder lokalen nodig had. Maar gingen ze hier nu echt bijna honderd parkeerplekken maken?
Hoe was dat te rijmen met de krimpende studentenaantallen? Alles werd minder, minder, minder… In welke wereld leveren minder studenten en minder docenten juist meer parkeerplaatsen op?
In de wereld van efficiëntie en altijd in beweging zijn.
Ik liep verder. In het Atrium stond een bordje met wat informatie over De Synaps, wat letterlijk betekent: de ruimte tussen de zenuwcellen waar het doorgeven van de boodschap plaatsvindt. Of dat wetenschappelijk gezien helemaal juist was, wist ik niet, maar ‘het is ook gewoon een lekkere plek om even bij te komen van een drukke dag om ervaringen en kennis uit te wisselen’.
Dat doe ik zelf toch liever zonder geruis en zonder zonnesteek, in de stilte en de schaduw. En in het groen. Is ook nog eens goed voor de hersenen, wat weer doorwerkt in de productiviteit. Lekker efficiënt ook. Dus als het dan toch minder, minder, minder is… maak dan meer ruimte voor groen. Een nieuw park bijvoorbeeld, op de plek van het noodgebouw.
Inge Duine is Avansmedewerker en oud-docent
Punt. Of had jij nog wat?