Eerstejaarsstudent Fysiotherapie Silkie Graafmans doet van kinds af aan al aan atletiek. Ze won twee keer het Brabants Kampioenschap op het onderdeel meerkamp en ze doet mee op nationaal niveau. ”Het voelt voor mij niet alsof ik iets moet opgeven voor de sport.”
De liefde voor de sport is ontstaan toen Silkie nog maar acht jaar was. ‘’Voordat ik aan atletiek deed, probeerde ik hockey. Dat was echt niks voor mij”, vertelt de student Fysiotherapie in Breda. Een klasgenootje van Silkie stelde voor om een keer mee te trainen bij atletiek. ‘’Ik ben daarna nooit meer weggegaan.’’ Nu is de sporter zes dagen in de week te vinden op de baan. ‘’Ik train drie dagen bij Spiridon in Rijen en drie dagen bij Attila in Tilburg.’’ Maar dat kan in de nabije toekomst veranderen. ‘’De kans is groot dat ik meer bij Attila ga trainen. Ik heb meer uitdaging nodig tijdens mijn trainingen. Dat mis ik bij Spiridon omdat iedereen daar vrij jong is.’’
Avondeten op school
Doordat Silkie zoveel traint, moet ze weleens dingen afzeggen, zoals leuke activiteiten met vrienden. ‘’Maar ik mis geen lessen. Mijn trainingen zijn doordeweeks in de avond en in het weekend in de ochtend. Daardoor komt het weleens voor dat ik moet avondeten op school.’’ Ook mist ze soms een feestje. ‘’Het voelt voor mij niet alsof ik iets moet opgeven voor de sport, want ik houd toch niet zo van feestjes. Ik weet waar ik het vele trainen voor doe.’’
Nationale Kampioenschappen
De Avansstudent doet het allemaal voor de Nationale Kampioenschappen Meerkamp (NK). In februari is Silkie zevende geworden op het NK indoor meerkamp. De meerkamp voor vrouwen bestaat uit zeven onderdelen, verdeeld over twee dagen. De eerste dag bestaat uit hordelopen, hoogspringen, kogelstoten en de 200 meter sprint. Op de tweede dag zijn de onderdelen verspringen, speerwerpen en 800 meter hardlopen aan de beurt.
Tijdens het NK Outdoor begin juni wist Silkie de achtste plek te bemachtigen. “Ik heb vijf van mijn best behaalde scores tot nu toe verbeterd.’’ Het hordelopen ging volgens de student het beste. ‘’Tussen de hordes moet je een bepaalde drie-pas doen. Normaal lukt dat niet, omdat ik niet zo groot ben, nu lukte het voor de eerste keer wel.’’ Een favoriet onderdeel heeft de Fysiotherapiestudent niet. ‘’Ik beoefen allerlei onderdelen, maar haal de meeste punten bij het hoog- en verspringen. Dat komt denk ik doordat het mij goed is aangeleerd. Wellicht heb ik er ook aanleg voor.’’
Zware trainingen
Tot aan de zomervakantie staan er op Silkie haar planning nog een paar senioren competities en een NK met losse onderdelen. ‘’Ik doe mee bij het hoog- en verspringen.’’ Na de vakantie beginnen volgens de student de zware trainingen. ‘’In de zomerperiode focus je op techniek. In de winter train je je conditie en sprongvermogen. Aan het einde van de training lig je dan uit te hijgen op de baan.’’
Het is Silkie haar doel om nog een keer een medaille te winnen op het NK. Ook wil ze later nog steeds op hoog niveau meedoen. ‘’Fulltime werken zonder atletiek zou ik echt niet leuk vinden.’’
Punt. Of had jij nog wat?